Clos Saint-Imer

In 1934 koopt Ernest Burn een stuk woestenij op de heuvel, noordelijk van Gueberschwihr (op het hoogste gedeelte van wat nu de Grand Cru Goldert is). Ooit zijn daar wijngaarden geweest, maar na de Franse Revolutie, diverse oorlogen en de phylloxera is het in onbruik geraakt. Met veel geduld en volharding en onder de hoon van de andere wijnboeren herstelt hij stukje bij stukje de wijngaard en de muren eromheen.

In de jaren 80 richt hij, samen met zijn zonen Joseph en Francis, een kapelletje op, gewijd aan Saint Imer. Een klus van enkele jaren, want gemaakt van de stenen en keien die ze daar aantreffen. De bodem bestaat uit klei en mergel op een ondergrond van kalk- en zandsteen. Ze verbouwen er Riesling, Pinot gris en Muscat, die ook de status van de Grand Cru Goldert hebben. 10% van de aanplant is Pinot noir, maar die mag nu eenmaal niet als Grand Cru de winkels in.

terug naar CLOS