gemeentelijke appellatie

de Vergeten Koningin Passie voor Elzaswijn

Ja, maar wij maken al eeuwenlang Pinot noir: over

de strijd voor gemeentelijke appellaties

Scherwiller

 

Ik heb het al eerder betoogd, om een succesvolle wijnboer te zijn en te blijven is meer nodig dan een mooi terroir en het vakmanschap in de kelder. Marketing en public relations spelen een grote rol in het verkrijgen van roem en faam. Naam en imago zijn belangrijk en een ‘gewone’ AOC (Appellation d’Origine Controlée)-aanduiding doet de rijke Amerikanen, Russen en Chinezen niet onmiddellijk naar de beurs tasten. In een wereldwijde markt met een enorme overproductie moet je je onderscheiden. En dat was met een kwaliteitspiramide in de Elzas van maar twee niveaus (AOC en Grand Cru) niet zo eenvoudig, ook al, omdat van het totale areaal maar een schamele 5% tot de Grand Cru gerekend wordt.

 

De verdeling van de wijnen in de Elzas in die twee kwaliteitsniveau’s was veel wijnboeren en gemeentebesturen een doorn in het oog. Alleen al uit marketingsoverwegingen wilden ze graag de naam van hun gemeente aan een wijn kunnen koppelen om zo een onderscheid te maken ten opzichte van die andere, die ‘gewone’ wijnen.

 

Zoals wel vaker, de geschiedenis helpt een handje. In de Middeleeuwen waren immers al diverse plaatsen beroemd om hun wijnen. De Pinot noir bijvoorbeeld, waarvan gezegd wordt dat deze door Benedictijner monniken is meergenomen uit de Bourgogne , is in die tijd een gerenommeerde wijn van Rodern, Ottrott, Saint-Hippolyte en Saint-Léonard. Een plaats als Wolxheim was beroemd vanwege z’n Riesling. Tot op de dag van vandaag vertellen alle wijnboeren je daar, dat Napoléon heel erg gesteld was op de Wolxheim-Riesling.

 

De Munster-vallei, met daarin Wihr-au-Val, Walbach, Zimmerbach en Turckheim, is dankzij het klooster gewijd aan paus Gregorius, tot de 16e eeuw bekend als de ‘Val Saint-Grégoire’. Eeuwenlang is de Pinot noir de overheersende druif. Dat duurt tot het begin van de 20ste eeuw. De enorme verwoestingen door onder andere Duitse bombardementen in zowel de Eerste als de Tweede Wereldoorlog waren er na 1945 verantwoordelijk voor dat het economisch nauwelijks mogelijk was om de wijngaarden weer aan te planten. Pas in de jaren zestig maakt men onder impuls van Henri Schoenheitz een begin met de herbeplantingen. De Cave van Turckheim is in die jaren de afnemer van de druiven. Het is deze regio die al in het begin van de tachtiger jaren begint te pleiten voor een regionale kwaliteitsaanduiding.

 

De gemeentebesturen en de wijnboeren uit heel wat plaatsen hebben dus jarenlang betoogd, dat een gemeente-appellatie in hun geval een bevestiging zou zijn van een lange traditie. Ze meenden er recht op te hebben dat ze met die geschiedenis ‘te koop’ mochten lopen.

 

Uiteindelijk heeft de I.N.A.O. in 2011 gemeentelijke appellaties vastgesteld, die je in de kwaliteitsniveaus kan plaatsen tussen de ‘gewone’ AOC en de AOC Grand Cru. Dat betekent dat de gemeentenaam pontificaal op het etiket mag verschijnen. Uiteraard zijn daar dan weer regels en voorschriften aan verbonden; zie daarvoor hoofdstuk 5. En, hoe tevreden de betrokken gemeenten ook zullen zijn, het is er niet overzichtelijker van geworden. En de gemeenten die nu zijn overgeslagen .. ik verwacht binnen enkele jaren een uitbreiding van die gemeente-appellaties.

 

Nu is het alsvolgt:

 

Ottrott, Rodern en Saint-Hippolyte mogen hun naam verbinden aan de Pinot noir;

 

de “Val Saint-Grégoire” (Walbach, Wihr-au-Val, Zimmerbach en Turckheim samen ongeveer 150 hectares) mag zijn naam verbinden aan Auxerrois, Pinot blanc en Pinot gris;

 

Rouffach (Côtes de Rouffach) mag zijn naam verbinden aan Gewurztraminer, Riesling, Pinot gris en Pinot noir;

 

de “Vallée Noble” (bij Soultzmatt) mag dat doen voor Gewurztraminer, Pinot gris en Riesling;

 

Rorschwihr mag het ook voor de Gewurztraminer, Pinot gris en Riesling;

 

Wolxheim en Scherwiller mogen hun naam verbinden aan de Riesling;

 

voor Bergheim is het toegestaan met de Gewurztraminer;

 

de “Côteau de Haut-Koenigsbourg” kan zijn naam verbinden aan Riesling en Gewurztraminer;

 

Blienschwiller en de “Côtes de Barr” mogen dat doen met Sylvaner.

 

Overigens, in de jaren negentig woedt er enige tijd een heftige discussie over de introductie van een aanvullende aanduiding, vergelijkbaar met die in de Bourgogne, een Alsace Villages zeg maar. Veel wijnboeren, zeker degenen die geen bezittingen hebben in een erkend Grand Cru-gebied, ijveren voor de invoering van de aanduiding Premier Cru. ’t Is er nog niet van gekomen. Althans niet officieel. Er zijn wijnboeren die deze aanduiding gewoon in gebruik zijn gaan nemen.

 

terug naar GRAND CRU

 

 

 

 

COPYRIGHT © 2012 | ALL RIGHTS RESERVED

PRIVACY STATEMENT | TERMS & CONDITIONS